Weerspreuk: Voor de langste dag, dan neemt de zee, Na de langste dag, dan geeft de zee.
Uitleg weerspreuk: Over het algemeen is de temperatuur van het zeewater voor de langste dag relatief koud ten opzichte van de landtemperatuur. De meeste buien ontstaan dan ook op het land. Na de langste dag zijn de rollen omgedraaid en ontstaan de meeste buien boven het relatief warme zeewater.
Op de foto: Fraaie wolkenluchten en enkele buien op de woensdag 29 juni 2016.
Vrijdag ook bewolkt en regenachtig.
De neerslag in Juni in Zuidhorn was71.6 mm maar topper was in zuiden van het land ruim 277 mm in 1 maand. Vrijdag is er veel bewolking en regent het af en toe. Koud is het niet met een maximum van 18.3 C. De wind komt uit het zuidwesten en is matig, tot vrij krachtig. Afgelopen 24 uur 5.9 mm daar kwam overdag nog 1.3 mm bij.
Komende nacht trekt de neerslag naar het oosten weg en wordt het op veel plaatsen droog. Er staat een matige zuidwestenwind. De minima liggen rond 14 graden.
Zaterdag is het wisselend bewolkt dus krijgen we weer eens de zon te zien, vooral in de middag ontstaan er enkele buien met daarbij een kleine kans op onweer. De wind is matig en aan de kust vrij krachtig en waait uit richtingen tussen west en zuidwest. De middagtemperaturen liggen rond 18 graden
Ook zondag zon en bewolking en enkele buien, en een graad of 19. Dus echt koud is het niet maar "zomeren"
En de vooruitzichten licht wisselvallig met van tijd tot tijd een bui of wat regen en 19 tot 21 graden. Normaal Hollands zomerweer !
Hoe de Domtoren een verwoestend noodweer overleefde .
Honderden jaren geleden al hevig noodweer, toen sprak men niet over opwarming. Ik stoor mij er wel een beetje aan dat iedere onweersbui, hagelbui, wind en noem maar op wat iets heftiger is wordt toegeschreven aan de opwarming. Als er een rivier buiten de oevers is getreden hoor je bijvoorbeeld dat het de hoogste waterstand is sinds 50 jaar, dus toen gebeurde het ook ! Ik steek niet mijn kop in het zand en zeg dat er niets aan de had is met de “global warming” maar het weer heeft ook toevalligheden die niet te verklaren zijn. Zie hieronder een stukje van het KNMI over de storm in Utrecht in 1674.
Op 1 augustus 1674 werd de Dom in Utrecht grotendeels verwoest door een ongekend hevig noodweer. Vreemd genoeg bleef de ernaast gelegen Domtoren overeind. Dat mag een wonder heten. In het Centraal Museum in Utrecht is hierover van 25 juni tot 2 oktober 2016 de tentoonstelling “Trots van de stad, de Utrechtse Domtoren” te zien.
Het KNMI heeft een reconstructie gemaakt van het weer op de rampdag. Een zwoele dag in augustus die eindigde met extreem zwaar onweer met valwinden met lokale tornado’s en enorme hagelstenen. Bronnen maakten melding van “Hagelstenen als Kinder hoofden”. In grote delen van het land richtte het “Schrickelik Tempeest”, zoals de storm werd genoemd, een spoor van vernieling aan.
De toen 300 jaar oude Domtoren liep zelfs in het geheel geen schade op, maar het schip van de Dom werd verwoest
Met name in het midden van het land was het noodweer verwoestend. Veel gevels en complete gebouwen stortten in en verspreid over het land sneuvelden tal van kerktorens. Historicus René de Kam: “Heel veel kerken in de stad lagen in puin, maar de Domtoren stond gewoon overeind”.
Valwinden
Onderzoekers Rob Groenland en Gerard van der Schrier van het KNMI die de vele historische bronnen hebben bestudeerd zijn met name onder de indruk van de enorme omvang van de schade die het buiengebied in West-Europa heeft aangericht. “De intensiteit en omvang van de buienlijn die in 1674 over Nederland trok tart elke beschrijving”. Een vergelijkbare situatie is in zeker 500 jaar niet te vinden. Het onderzoek laat zien hoe extreem een zomerstorm in Nederland kan worden. De schade in Utrecht is voornamelijk te wijten aan valwinden
Een valwind (ook wel downburst genoemd) ontstaat als koude lucht uit een buienwolk stort. Dat leidt tot enorme windsnelheden van naar schatting honderden kilometers per uur als deze lucht zijn weg zoekt over de grond. Dat grillige windveld veroorzaakt plaatselijk enorme schade, terwijl andere plekken waar de wind aanzienlijk minder uithaalt is de dans ontspringen. Zo kreeg het schip van de Dom de volle laag, terwijl de toren toevallig minder zware windstoten te verduren kreeg.
Bron: NOS Teletekst 708
W E E R E N Z O N K R A C H T.
indien bewolkt zonnig
vrijdag 3.3 6.6
zaterdag 3.2 6.4
betekenis van de cijfers
waarde omschrijving niet langer
zonkracht sterkte zonnen dan
1- 2 vrijwel geen 60 min
3- 4 zwak 30 min
5- 6 matig 20 min
7- 8 sterk 15 min
9-10 zeer sterk 10 min
Waarnemingsreeksen op de schop: terug van 40 naar 24 landelijke hittegolven. De zomer van 1947 zakt van plaats één naar plaats acht en dat is wel effe wennen!
Een jaar geleden beleefde Nederland aan het eind van juni en begin juli een landelijke hittegolf. Van 30 juni t/m 5 juli werd het op het KNMI meer dan 25 graden en op drie dagen werden tropische maxima geregistreerd. Op 1 juli werd het 33,1º en Maastricht registreerde op de 2de zowaar 38,2º. Daarmee werd een nieuw Nederlands hitterecord voor juli gevestigd.
Wie medio juli 2015 nog in de veronderstelling verkeerde dat we de 40ste landelijke hittegolf sinds het begin van de 20ste eeuw beleefden, komt anno juni 2016 echter bedrogen uit. Het KNMI heeft namelijk de oude waarnemingsreeksen op de schop genomen. Door veranderingen van meetinstrumenten, verplaatsingen naar andere locaties en wijzigingen in de omgeving van het meetstation, zijn de nieuwe moderne metingen niet meer vergelijkbaar met die uit het verleden. Daardoor zijn er voor 1950 veel hittegolven ‘ter ziele gegaan’. In totaal zijn er nog maar 24 over ofwel mocht het deze zomer tot een hittegolf komen, dan wordt het niet de 41ste maar de 25ste. Triest is het om te constateren dat de grote zomer van 1947 drie van de vier hittegolven is kwijtgeraakt. Tevens is het niet langer meer de warmste zomer uit de meetreeks, maar de nummer 8. Toppers zijn nu 1976 met gemiddeld 18,4, 2006 met 18,5 en 2003 met 18,6º. Dit is wel effe wennen! (Bron Jan Visser )
Persoonlijk vind ik, Gerard Kiewiet, het niet kunnen en er enige arrogantie van het KNMI valt te bespeuren t.o.v. het verleden Vroeger werd er op deze manier gemeten maar nu lijken ze alles in twijfel te trekken. Alsof de meet methoden van nu zo goed zijn. Neem de automatische wolkenmeters die alleen maar recht omhoog kijken en bijvoorbeeld sluierbewolking over het hoofd zien en dit als onbewolkt doorgeven en zo ook in de boeken komt. En wat te denken van de manier van zonneschijn meten. Vroeger met een soort glazenbol en een stukpapier waarop er de zon een brandspoor op papier naliet. Nu komt het voor dat het bewolkt is maar de zon schijnt er flets doorheen maar de zonnemeter van nu loopt door en dan maar zeggen dat er veel zon was maar de werkelijkheid is (vaak)anders. De automatische regenmeters van nu geven vaak een afwijk van 10 % aan t.o.v. de handgemeten regenmeters. Hoezo betrouwbaarder dan vroeger. En wat doen we met het record van 38.6 C in Warnsveld en de - 27.4 C in Winterwijk gaan ze daar ook correctie op doen. Dit is een klap in het gezicht van de ouderen die jaren goed en nauwkeurig hun werk en waarnemingen hebben gedaan en moeten nu aanzien dat het KNMI met allerlei kunstgrepen de waarnemingen van toen neersabelen........... In 2100 worden alle metingen van 2016 weer herzien........!
zonnige groet, Gerard Kiewiet