We staan aan de vooravond van een van de grootste operaties uit de geschiedenis van onze gemeente. Daardoor krijgt deze gemeente een begroting die meer dan 20% groeit. De risico's nemen toe, niet alleen financieel, maar vooral voor de inwoners, bestuurlijk en politiek. De operatie is ook complex, omdat vele uiteenlopende en ongelijksoortige werkvelden bij elkaar worden gevoegd en met dezelfde maatschappelijke visie wordt bekeken: de zorg voor ouderen, langdurig zieken, langdurig werkzoekenden, mensen met een beperking, huiselijk geweld, kindertelefoon, ontspoorde jongeren.
Als GroenLinks stellen we voorop dat dit in deze vorm niet onze decentralisaties zijn. Wij zien zeker de voordelen om de gemeente leidend te maken in het sociaal domein. Als eerste lijn in het bestuur kan de gemeente beter met de inwoners bepalen wat nodig en goed is. Die beweging juichen wij toe. En natuurlijk: we moeten onze samenleving –ook de zorg- moderniseren en weer in handen van het volk geven. De omvangrijke bezuinigingen en de grote haast wijzen wij af. Onze inwoners dreigen in de knel te komen. Het beeld wordt er niet beter op, als ouderen die permanente zorg nodig hebben, niet toegelaten worden in een verzorgingstehuis, terwijl intussen daar woonruimten leeg staan.
Het Beleidsplan stoelt op twee belangrijke vooronderstellingen:
1. De individuele inwoner weet veel, heeft overzicht en kan goed organiseren, kortom: is goed opgeleid. Een opgewekt mensbeeld dus.
2.Hij/zij heeft een goed netwerk van familieleden, buren en dorpsgenoten, die naar hem/haar omzien: het beeld van een goed functionerend dorp, waarin mensen elkaar gemakkelijk ontmoeten. In termen van de "Beleidsplan vernieuwing sociaal domein Westerkwartier 2014-2018": “samenvoorzienend”.
Als je deze operatie langs deze lijn nauwgezetter analyseert, hangt het welslagen van de decentralisaties in het sociale domein af van andere zaken dan de concrete beleidskeuzen. Eigenlijk gaat het om goed onderwijs en goede opleidingen. Uit heel veel onderzoek blijkt dat goed en meer onderwijs helpt voor veel dingen: langer en gezonder leven, meer kans op werk en geluk. Daarnaast gaat het er om gemeen-schapszin - de ontmoeting in dat dorp- te verwezenlijken. Daarvoor is het weer nodig dat verschillende groepen en standen elkaar weten te vinden, dat die ontmoeting tussen groepen en mensen kan plaatsvinden. Daarvan vinden wij het ontmoetingscafé, Repair Café, in Grijpskerk een goed voorbeeld.
De studie "Gescheiden werelden?" van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) en de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) van oktober 2014 is in dit verband even interessant als verontrustend. De ontzuiling blijft doorgaan. De groep -kerk, vakbond, partij- waartoe men behoorde, is weggevallen of in staat van verval. Families lossen op in individualisering en tijdelijke gezinnen. Gesignaleerd wordt dat Nederland sociaal een cultureel in tweeën uiteenvalt. Er worden drie trends beschreven: 1. hogeropgeleiden sluiten zich op, 2. het toegenomen zelfvertrouwen van hoger opgeleiden en de toenemende argwaan bij lager opgeleiden en 3. het NOS Journaal als verbinding tussen de twee groepen. Het belangrijkste gevolg is dat mensen niet vanzelfsprekend meer mensen om zich heen hebben die voor hen zorgen, als dat nodig is.
Nieuwe duurzame verbindingen leggen en eigentijdse groepsvorming worden onze belangrijkste opdrachten, willen we de kwaliteit van onze samenleving -welvaart en welzijn- blijven borgen. Onderwijs en het bevorderen van de ontmoeting moeten op alle beleidsterreinen onze hoogste prioriteit hebben. Nu kerken en andere traditionele organisaties –in velerlei opzichten helaas- deels wegvallen, is het gesprek -de ontmoeting- bij de bakker, de slager en in de supermarkt belangrijker dan ook. De vragen hoe het is met de puberende Jan, buurman met kanker of kwakkelende (over)grootmoeder of -vader, worden belangrijker dan ooit. De sportvereniging is als ontmoetings- en integratiemotor belangrijker dan ooit. Op de zaterdag wordt langs de lijn in hoge mate de kwaliteit van de samenleving en het sociaal domein bepaald.
Daarom roepen we de gemeente op bestaande voorzieningen te handhaven en als deze worden opgeheven, andere te ontwikkelen te bevorderen. Als we willen voorkomen dat mensen tussen wal en schip vallen, moeten we geen gaten laten vallen.
Wij zien het als opdracht van de gemeente om spoedig in 2015 te komen tot de vorming van sociale teams in de dorpen/wijken met duidelijke criteria waar die aan moeten voldoen (o.a. de samenstelling). Het ligt voor de hand deze te formeren rond huisartsen, jongeren- en ouderenwerkers, verenigingen van dorpsbelangen, kerken e.d.
De maatschappelijke en politiek over deze noties en dit besef willen wij hoog op de agenda zetten. Hoe ziet zo'n moderne samenleving van omzien naar elkaar eruit? Welk beleid moet je daarvoor voeren? Natuurlijk spelen internet, Facebook, instagram en dergelijke een belangrijke rol in. En domotica en robotisering moeten veel meer gebruikt worden. We missen ze in de beleidskeuzen! Maar uiteindelijk gaat het om het gesprek bij de bakker: de roddel daar voorbij en echt omzien naar elkaar.
- De omvang en de haast van de operatie maken deze voor eenvoudige raadsleden en fracties onmogelijk goed te beoordelen. In het Raadsvoorstel heet het “een harde transitie met veel beperkende en stringente maatregelen: gedwongen winkelnering voor inkoop zorg, geoormerkte budgetten” en gaat het om “regionale, dwingende afspraken”. En in het "Beleidsplan vernieuwing sociaal domein Westerkwartier 2014-2018" wordt zelfs gesproken over "(...) een 'besluitvormingskeurslijf' met een hoog tempo en een harde deadline." (pag. 2) En erg democratisch gaat het er ook niet aan toe. Eufemistisch heet het dat de haast "(...) in het samenspel met de gemeenteraden weinig ruimte voor dialoog en politiek debat over de fundamentele vernieuwing in het sociaal domein." toeliet (pag. 2). Daarmee nemen wij als volksvertegenwoordigers in termen "good governance" risico's. De verzorgingsstaat wordt fundamenteel hervormd en ons wordt op een voorlichtingsavond in Leek bits door de voorzitter gemaand vooral géén amendementen in te dienen, want dat is zo lastig met die samenwerkende gemeenten. Ik neem hier afstand van. GroenLinks blijft kritisch, vooral omdat het hier om mensen in kwetsbare situaties gaat. We begrijpen dat we niet veel te kiezen hebben, maar daarom willen wij regelmatig de voortgang kunnen toetsen en zo nodig bijstellen. En dat de cliënten/patiënten naar een onafhankelijke instantie kunnen gaan. Daarom onze motie over evaluatie en samen met het CDA voor de ombudsfunctie.
Gelukkig is het niet helemaal tobben en zwart: op 23 juni 2014 mocht deze raad spreken over de “Uitgangspunten voor de Transitie”. Toen miste GroenLinks ook al het centraal stellen van de cliënt/patiënt:“We hebben bij deze vier Uitgangspunten gezocht naar wie het allemaal om gaat: de cliënt/patiënt. We hebben hem/haar niet gevonden in de uitgangspunten. We vinden dat deze toch expliciet genoemd moet worden. (….)” Voor het overige kon GroenLinks zich goed vinden in de logische en goede uitgangspunten. We zien ook dat wethouder Nederveen, zijn collega’s en alle ambtenaren er alles eraan doen om er het beste van te maken: complimenten!
We zijn weliswaar klemgezet door de procedure en de gebrekkige democratische opbouw in het Westerkwartier, maar dat betekent niet dat we als GroenLinks onze rol niet optimaal proberen in te vullen. We volgen het proces nauwgezet en zullen alle zorgen verwoorden, die leven bij onze achterban.
- Niemand mag tussen wal en schip vallen door de operatie.
- We zijn solidair.
- We zijn blij met het voorzetten van de pgb's (persoonsgebonden budget). Natuurlijk moet fraude goed voorkomen en bestreden worden. Alleen worden de voorwaarden zo beperkt, dat een pgb bijna onbereikbaar wordt. Hoe ziet het college dit?
- Wat is het effect van het verwerken van de septembercirculaire van het rijk (pag. 5)? En heeft die nog gevolgen voor het beleid?
- Wij pleiten ervoor om eerder dan 2018 met één fysieke ingang te komen (pag. 16). Als je in 2015 met een nieuwe systematiek komt, maar dat nog jaren via gescheiden loketten aanbiedt, gaat dat in de beeldvorming en het begrip tegen je werken.
- De benadering van de mantelzorger pag. 17) vinden wij nogal optimistisch en betuttelend. Er zijn vele verschillende mantelzorgers met verschillende mogelijkheden en behoeften. Uit allerlei contacten en onderzoek blijkt dat het bieden van een of meer dagen ontlasting van de zorg het belangrijkste is: concentreer je daarop. Je leert als niet-professional er weer mooie woorden bij, zoals hier: respijtzorg (pag. 28).
- Wij zijn niet enthousiast over de beleidskeuze om overal de maximale eigen bijdrage te vragen (pag. 21). Wij zeggen: ontzie de lage inkomens en voorkom bureaucratie van toeslagen. Bovendien moeten die geïnd gaan worden door het CAK. Wie daar ooit mee te maken heeft gehad, kent de problemen met het functioneren van deze organisatie. Dat geeft echt heel weinig vertrouwen.
- Hoe staat het met de besluitvorming over hoe en op welke wijze onze inwoners worden ondersteund, die meerkosten maken vanwege een chronische ziekte of handicap (pag. 27). Dit vindt GroenLinks belangrijk, omdat velen van hen het al niet breed hebben.
- Wij waarschuwen voor te veel tussenpersonen en tussenorganisaties. Een voorbeeld is de Kindertelefoon, waarvoor nu een nieuwe aparte stichting moet worden opgericht omdat deze naar de gemeenten wordt gedecentraliseerd (pag. 33). Als je er van een afstandje naar kijkt, is dit onlogisch. De decentralisatie is toch bedoeld om alles eenvoudiger te maken en dichterbij de inwoners te haken?
- We zijn benieuwd naar de voortgang met het op te richten Werkbedrijf. Is er nieuws?
- Voor de huishoudelijke hulp haalt Zuidhorn een bezuinigingspercentage van 45%. En dat terwijl de oorspronkelijk aangekondigde bezuiniging van 40% van het Rijk lager blijkt te zijn. Zou dat niet aanleiding moeten zijn de gemaakte keuzes nog eens tegen het licht te houden, c.q. wijzigingen door te rekenen? Wat zijn bijv. de gevolgen als je het onderscheid tussen groep 1 (inkomen 110% van de netto bijstandsnorm) en groep 2 (inkomen tussen 110 en 120% van de netto bijstandsnorm) wegneemt? Dit is ook een punt voor evaluatie, zie onze motie.
Fractie van GroenLinks,
Klaas-Wybo van der Hoek, Alex Temmingh en Michiel Pellenbarg.