‘Wat kost me dit?’
Dat vroeg mijn tante ooit eens aan een monteur die haar wasmachine gerepareerd had en daarna spontaan een elektrisch snoer in de keuken verving. Ze vertelde het me toen ik mijn oom bezorgd opnam, die minutenlang – kromgebogen bij het aanrecht - naar het nieuwe snoer staarde.
‘Hij snapt niet waar die gekleurde draadjes zijn gebleven,’ zei m’n tante. ‘Maar het was echt niet meer vertrouwd. Wat was ik blij met die monteur. En dan zijn antwoord: Wat kost me dit? Niets mevrouw, alleen een glimlach.’
Dat ik hier ineens aan terugdenk, komt door Rafaël, een jonge kok van Gigis kookstudio in Groningen. Daar had ik – samen met ruim 20 collega’s - een workshop. In groepjes van drie bereidden we verschillende gerechten, die later aan ons uitgeserveerd werden door de bediening van dit gezinsbedrijf. Een “culinaire ontmoeting”. Dat was het zeker. En daar bleef het niet bij. Voor mij persoonlijk dan.
Van Rafaël leerde ik hoe ik razendsnel het hakmes kon hanteren. Terwijl ik de ingrediënten voor de Passione Italiana (Pesto al tonno) mengde, zei hij dat ik me thuis natuurlijk niet precies aan het recept hoefde te houden. Dat koken vooral een kwestie van gevoel is. ‘Zo kookt mijn vader hier ook,’ zei hij. ‘Doe ik thuis eigenlijk ook altijd,’ zei ik.
Dát bleek niet het enige te zijn dat ik met Rafaëls vader gemeen had. Want zomaar ineens kreeg deze culinaire ontmoeting ook een poëtische tint. Rafaël vertelde dat zijn vader – net als ik – als puber al gedichten schreef, maar dat hij - door een aangrijpende gebeurtenis – zijn gedichten jarenlang heeft opgeborgen en er pas een paar jaar geleden mee naar buiten kwam.
Rafaël hield zelf ook van lezen en zomaar deelde ik iets van mijn schrijfervaringen met hem. Mijn gedichten en columns gaan vaak over mensen die ik in mijn leven ontmoet.
In de kakafonie van geluiden om ons heen - er werd wat af gelachen, gekwebbeld, geroerd, geklopt en luidruchtig pizzadeeg gekneed – gaf ik hem een flyer van mijn website. En ik mocht een stapeltje achterlaten. ‘Het draait in het leven om gunning,’ zei Rafaël. ‘Ik leg jouw flyers op onze balie.’
Even later overhandigde hij mij een gedichtenbundel van Luigi Bianco: “Omhelzing van woorden”. Het levensverhaal van Rafaëls vader, poëtisch verwoord. Dat deed wat met mij en ik zei dat ik graag de bundel wilde kopen. ‘Wat kost dit?’
‘Niets,’ zei Rafaël met een glimlach. ‘Sommige mensen moet je wat gunnen.’
En daarom moest ik dus denken aan mijn oude tante: Wat kost me dit?
Ik had een bijzondere ontmoeting en de “Omhelzing van woorden” nam ik als iets kostbaars aan. En de glimlach die Rafaël mij schonk? Die is onbetaalbaar!
Piety Veenema, 26 september 2011