De fractie van GroenLinks heeft het raadsdebat van Zuidhorn over duurzame energie in het Middag Humsterland zwaar ingezet op het beter beschermen van het landschap. Het bestaande beleid bood die bescherming onvoldoende. Dat zou kunnen leiden tot ontwikkelingen die ongewenst zijn voor het landschap. Als de raad niets zou doen, zou dat gevaar blijven dreigen.
Met amendementen en moties is het beleid daarom duidelijk aangescherpt: grote zonneweides en grote windmolens mogen niet. Er komt meer aandacht voor het tegengaan van de wildgroei aan bedrijfsgebouwen. En er komt een monitorgroep van inwoners en betrokkenen die bij de gemeenteraad kan signaleren, als de ontwikkelingen ongewenste vormen aannemen: “de hand aan” de molen, de zonneweide en de bedrijfsgebouwen. Die amendementen en moties werden mede ingediend door CDA en CU en in een enkele geval ook PvdA en D66. Ze werden uiteindelijk unaniem of in grote meerderheid in de raad aangenomen.
Het betoog van GroenLinks-woordvoerder Michiel Pellenbarg: “Kiezen tussen twee kwaden. En dan ook nog tot de conclusie moeten komen dat welke keuze je ook maakt, je het in de ogen van velen verkeerd hebt gedaan. Is dat waar we hier nu voor staan? Ik ben geneigd het zonniger in te zien. We nemen hier onze verantwoordelijkheid in het kader van de essentiële transitie naar een duurzame energievoorziening en we leren tegelijk veel over hoe we het prachtige cultuurlandschap van het Middag-Humsterland zo goed mogelijk kunnen beheren.
Want dat zijn de twee positieve waarden waar vanuit mijn fractie dit vraagstuk benadert. En als we het dan alle informatie die ons de afgelopen tijd bereikte afpellen komen we tot de conclusie dat nu niets doen juist een negatieve aantasting van het landschap betekent. Immers, niet alleen staat het huidige planologisch regime de plaatsing van de kleine windmolens vrijelijk toe. We zien ook dat andere zaken als zonneweides zich aandienen, er worden naar verhouding behoorlijk kolossale nieuwe agrarische schuren in het landschap geplaatst en we krijgen bovenop alles een dubbele rij van 55 meter hoge witte masten van Tennet en minister Kamp in het Middag-Humsterland cadeau.
Het is dus eerst vooral zaak dat we maatregelen nemen waarmee we zelf aan het stuur komen te zitten, waar het gaat om het waken over het behoud van de landschappelijke kwaliteiten van het Middag-Humsterland. Uw raadsvoorstel doet hier wat ons betreft een goede opzet voor. We zien nog wel wat noodzakelijke verbeteringen, daarop kom ik zo terug.
Eerst kort over de energietransitie. Die gaat ons als GroenLinks enorm aan het hart. We zijn er diep van overtuigd dat we in redelijkheid alle middelen in moeten zetten die hiertoe bijdragen. En daarbij gaat het niet om “of/of”, maar om “en/en”. Het feit dat de 16 grootste containerschepen op de wereld meer CO2 uitstoten dan alle auto’s ter wereld bij elkaar maakt niet dat we niet moeten kijken naar elektrische auto’s. Nee, we moeten én kijken hoe we minder spullen van ver naar ons toehalen waar we ze ook lokaal kunnen produceren, én onze eigen mobiliteit blijvend verduurzamen. Die vorm van statistiek bedrijven wij waar het gaat om duurzaamheid.
Die zelfde statistiek hanteren wij overigens ook waar het gaat om onze landschappen. Want je kunt niet zeggen dat een kleine aantasting van het landschap van marginaal belang is. Vele kleine aantastingen maken dat je het landschap duurzaam verpest. Onomkeerbaar. De opsomming die ik u net schetste van wat er nu op het Middag-Humsterland afkomt, is daarom wat ons betreft reden tot bijstelling. Maatregelen dus.
Bij het uitzoeken welk pakket van maatregelen in de huidige situatie het beste is, zijn we enorm geholpen met al het werk dat door de klankbordgroep en Libau is verricht. Een indrukwekkend boekwerk van Libau is één van de exponenten van dit proces. We zijn ook enorm geholpen door al die inwoners die net als wij, zich bezorgd maken over de aantasting van het landschap. Wat hebben zij er ook veel tijd, energie en vindingrijkheid in gestopt: dank en bewondering voor die betrokkenheid! Wij staan zij aan zij en moeten tegelijkertijd dat standpunt gegeven de politieke realiteit en verhoudingen tot een haalbaar en uitvoerbaar beleid maken. Daar zit het verschil in rollen. En als je ziet en hoort hoe onze landbouwers in dit proces spreken over en werken aan duurzaamheid. In hun denken heeft een behoorlijke transitierevolutie plaatsgevonden: ook bewondering daarvoor.
Het proces zelf is al met al een leerervaring, die je eigenlijk breder zou willen inzetten. We zouden dan ook graag zien dat deze aanpak – je zou dit het “Zuidhorner model” kunnen noemen – in bijvoorbeeld een kenniscentrum voor de inpassing van duurzame energie wordt verspreid en verder ontwikkeld. En we dienen dan ook met verve mede met CU en CDA een motie in die bepleit dat we ook buiten het huidige vraagstuk van kleine windmolens in het Middag-Humsterland studie gaan maken naar de gevolgen van de inpassing van duurzaamheidsmaatregelen in de dorpen en landschappen.
Maar goed, als het gaat om de te nemen maatregelen hadden we natuurlijk in januari gehoopt dat we rond deze tijd een gedragen gezamenlijke visie van de betrokken partijen hadden mogen ontvangen. Helaas is dat niet de uitkomst geweest. Partijen hebben in goede samenwerking deze interessante verkenning doorlopen, maar het resultaat is dat de agrarische ondernemers in het gebied nog steeds unaniem staan voor de mogelijkheid om de kleine windmolens van het bedrijf EAZ op enige wijze op hun terrein toe te passen en dat de bewoners van de dorpen ten dele deze optie voor verduurzaming onderschrijven en ook ten dele juist tegen welke vorm ook van plaatsing van deze windmolens blijven gekant.
In het proces is ook gekeken naar de inpassingsmogelijkheden voor grotere windmolens en voor zonneweides. Na afloop zijn ook nog andere technieken zoals een nokmolen ingebracht. Wat ons betreft is het zeker relevant om alle mogelijke opties voor duurzame energieopwekking te betrekken bij nadere studie in de komende periode. Maar het één vervangt het andere niet. Het is alle hens aan dek met de transitie naar duurzame energie. Wel geldt dat zeker ook voor de zonneweides en de grotere windmolens er expliciet zeer voorzichtig moet worden omgegaan met de landschappelijke inpassing. Zoals gezegd: er komt nogal wat op het Middag-Humsterland af.
Wat GroenLinks betreft biedt de formulering van het collegevoorstel te veel ruimte voor vestiging van deze technieken op voorhand. We hebben daarom twee amendementen die hier voor nu meer voorzichtigheid bij inbrengen. De 3d studie heeft ons geleerd dat zonneweides vooralsnog beter tot het bouwblok kunnen worden beperkt en waar het gaat om grote windmolens van bijvoorbeeld 40 meter of hoger denken wij dat het meer verantwoord is deze eerst duidelijk niet toe te staan in het Middag-Humsterland, zeker tot eventueel uit studie van de provincie blijkt dat een lint lang het Van Starkenborghkanaal ruimtelijk inpasbaar is en geen bezwaar bij de omwonenden veroorzaakt.
Waar het gaat om de vestiging van de kleine EAZ windmolen zijn wij door het resultaat van de studie van Libau met de klankbordgroep overtuigd dat hier ruimte voor gegeven moet blijven worden. Dan wel gelimiteerd tot het bouwblok en met een maximum van twee molens per blok. Daarmee wordt het beleid voor dit gebied dus strenger. Het is evident dat de agrarische ondernemers expliciet hiermee geholpen zijn om hun melk af te kunnen blijven zetten aan ons consumenten die van hen vragen dat ze steeds duurzamer en dus op termijn energieneutraal gaan produceren. En het is ook evident dat er inwoners van de dorpen zijn die deze molens op geen enkele wijze in hun omgeving willen hebben.
Wij zijn van mening dat het handhaven van de toestemming om deze molens te vestigen – alle partijen in deze raad hebben dat immers bewust in ons bestemmingsplan opgenomen – wel een sterkere sturing vraagt. Juist in de komende periode dat de eerste aanvragen ook tot daadwerkelijke plaatsing zullen leiden. We stellen daarom – in een motie samen met CU en CDA – voor om een monitorgroep in te stellen met vertegenwoordiging van alle partijen uit de klankbordgroep en om deze monitorgroep te vragen de uitvoering van het beleid te monitoren. Daarbij gaat het zowel om het maatschappelijk draagvlak als om de ontwikkeling van de ervaring met nieuwe technologieën die in de toekomst wellicht aanvullend kunnen zijn. Deze monitorgroep bericht periodiek aan onze raad, op basis waarvan wij relevante besluiten kunnen nemen in lijn met ervaringen die in praktijk worden opgedaan.
Er komt dus een soort extra “slot” op de deur van het beleid, omdat het gaat om een kwetsbaar gebied. Hiermee kan bijvoorbeeld worden gewaakt over de wijze waarop in de praktijk vorm wordt gegeven aan de regels van Libau met betrekking tot de directe dorpsomgevingen, waarover vooral uit het dorp Niehove behartigingswaardige opmerkingen zijn gemaakt.
Maar daarmee zijn we er nog niet. Wat ons betreft is op drie punten echt nog verbetering mogelijk als het gaat om de toekomst van het prachtige landschap van het Middag-Humsterland in relatie tot energievraagstukken.
De eerste betreft de hoogspanningsmasten van Tennet. We vernemen dat het besluit definitief is genomen om het huidige tracé ook te benutten voor de nieuwe masten. Hier worden wel compensatiegelden verleend. Kan de wethouder wellicht toelichten hoe deze compensatiegelden zo veel mogelijk zullen worden ingezet voor versterking van de kenmerkende landschappelijke kwaliteiten van het Middag-Humsterland? Dit lijkt ons relevant in het kader van de huidige discussies. GroenLinks kan zich bijvoorbeeld voorstellen dat de monitorgroep, nieuwe landschapsvriendelijke innovaties, inpassingsmaatregelen en ook een eventueel kenniscentrum hiermee betaald worden.
Ten tweede zien wij verbeteringsmogelijkheden waar het gaat om het verdelen van baten en lasten. Zowel waar het gaat om de kleine molen als ook waar het gaat om andere toepassingen is de vraag of de inwoners wel voldoende deelgenoot worden gemaakt van de baten die dit oplevert. Zij gaven dit zelf ook aan tijdens de inspraakavond, bijvoorbeeld met verwijzing naar het concept van de “dorpsmolen”. Want gaat u er maar van uit, dat ook de dorpsbewoners graag mee willen in de energietransitie. Maar dan moet hen ook wel de mogelijkheid worden geboden. Om mee te denken over opties, en dan ook om echt deel te kunnen nemen. Met een motie stellen wij voor om te onderzoeken hoe coöperaties voor duurzame energie door de gemeente gestimuleerd tot stand kunnen komen.
De derde verbeteringsmogelijkheid ligt wat ons betreft bij de bedrijfsgebouwen. Immers, we spreken in deze weken veel over een landschapsvriendelijke windmolen van 15 meter hoog, terwijl de afgelopen decennia vooral de enorme agrarische schuren een forse impact hebben op het aanzicht van het cultuurlandschap in Middag-Humsterland. Dit blijft onder het huidige regime ook gewoon maar doorgaan. Wanneer wij dus hechten aan versterking van de landschappelijke kwaliteit, zullen we zeker ook dit aspect moeten adresseren. Het kan niet zo zijn dat we zeer zorgvuldig te werk gaan met de vestiging van een 15 meter hoge windmolen en tegelijk de bouw van een nieuwe schuur voor de bio-industrie op de zelfde plek klakkeloos toestaan, die 14 meter hoog is en 100 strekkende meters beslaat in het uitzicht. Wij stellen voor om met betrokkenen en experts de mogelijkheden te gaan onderzoeken om te komen tot een betere inpassing van de agrarische bedrijfsgebouwen. Daar zit naar de mening van GroenLinks een belangrijke component van de zorg voor het waardevolle landschap van het Middag-Humsterland. Dat landschap gaat ons aan het hart, en die zorg willen we dus uiterst serieus nemen.
Dat is de lijn van GroenLinks bij dit onderwerp. We willen voorkomen dat de kwaliteiten van het Middag-Humsterland worden aangedaan. Nu stil blijven zitten en nietsdoen, zal feitelijk juist een aantasting betekenen van het landschap. We moeten dus in actie komen. Tegelijk merken we dat alle spelers in het veld de energietransitie een warm hart toe dragen en hieraan bij willen dragen. Met een set aan maatregelen doen we samen de goede dingen. We zorgen ervoor dat we aan het stuur blijven zitten. En we sturen samen naar een prachtig, eendrachtig, leefbaar en duurzaam Middag-Humsterland.”