Welkom in Zuidhorn, Wonen, Winkelen, Westerkwartier

COLUMN van Piety “Zomaar ineens”

Door : Piety Veenema
Datum : 14 juni 2010

Zomaar ineens. Daar denk ik aan op een zondagmiddag op de fiets, in het mooie natuurpark rond de NAM-lokatie, net buiten ons dorp. Het is de titel van een column over ernstig ziek zijn waarmee ik een tijdje geleden begon en halverwege ben blijven steken. Zomaar ineens.

Die twee woorden roepen weer andere woorden op in mijn hoofd. Fietsend over het pad tussen korenveld en aardappelland, over houten bruggetjes in het park, tegelijk genietend van snaterende eenden en meerkoeten en van de paarse rietorchis die momenteel volop bloeit, gebeurt er van alles in mijn hoofd.

Zomaar ineens komt het in je leven.
Het zijn de beginregels van een versje op een kaart die vrienden ons 12 jaar geleden stuurden toen mijn moeder ernstig ziek was en niet meer beter kon.
Zomaar, van het ene op het andere moment
Ben je door zorg omgeven
Voel je hoe kwetsbaar je bent

Manlief fietst al een heel stuk voor me uit, zie ik. Hij is al bij de vijfde brug waar een moederzwaan kortgeleden zat te broeden tussen het riet, terwijl ik verder over dat versje nadenk. Ik denk er nóg aan als ik over de volgende houten brug fiets, net voor het dorp Kommerzijl, en bewonder rechts van mij prachtige roze waterlelies in het water. Dan kijk ik weer voor me. Help, die roodwitte paal. Midden op het pad.

Het gaat zó snel, maar in die fractie van een seconde - voor ik met mijn linkerbovenbeen tegen die paal dreun – heb ik blijkbaar nog net een beetje bij kunnen sturen, want ik blijf overeind. Maar ik sta te hyperventileren als een gek. Van de pijn. En de schrik. Manlief roept: ‘Wat doe je nóu,’ en even later in het gras: ‘Ho, ho, er wel even bij blijven, hoor.’
Bijna ging ik daar onderuit. Vier kilometer van huis.

Vier kilometer terug. Bibberend, slap en wazig ziend. Hoe ik me op de fiets gehesen heb, weet ik niet meer. Maar fietsen ging in elk geval beter dan lopen. Mijn linkerbeen kon absoluut mijn gewicht niet verdragen. Dat werd ’s middags thuis – na regelmatige ijskoeling – langzamerhand ietsje beter. Toch, de bloeduitstorting van zo’n 13 centimeter die in 9 dagen verkleurd is naar geel, is nog steeds pijnlijk. En ook de later nog ontdekte vier kneuzingen op mijn binnenbeen.

Zomaar ineens. Ik dacht bij die woorden vooral aan ernstige ziekte. Niet dat je zomaar ineens kwetsbaar kunt zijn door zo’n dom, dom ongeluk.
Zomaar ineens. Met de column waarmee ik een tijdje geleden begon en ben blijven steken, ga ik na mijn vakantie vast wel verder. Daar moet ik dan maar een andere titel voor bedenken…

Piety Veenema

14 juni 2010

 





Columns Zuidhorn