Nog een klein stukje, rrrrrt, achteruit, vooruit, klaar. Voorzichtig manoeuvreert ze de feestelijke stof onder de naaimachinevoet vandaan, knipt de draden door en met een voldane glans op haar gezicht loopt ze naar de slaapkamer.
In de spiegel keurt ze haar uitbundig gekleurde creatie, trekt haar zaterdagstenue weer aan en bergt tevreden de naaimachine op.
Morgen zal ze in Paaskleding het Opstandingsfeest meevieren.
Ze loopt de tuin in en ziet de trompetnarcissen in volle bloei staan. Altijd als ze narcissen ziet moet ze aan die stille Paasmorgen denken en ziet ze Maria en Jezus voor zich in de hof.
Vorig jaar om deze tijd kocht ze een doos vol omdat ze waren afgeprijsd. Na Pasen zijn ze toch uitgebloeid had de man van de supermarkt gezegd.
Ze kijkt op haar horloge, ze loopt al een tijdje met een plan. Het is bijna sluitingstijd.
Als ze de hoek om is ziet ze de narcissen al voor de supermarkt staan. Een jongen zet er een kartonnen bord bij. Ze leest: "NU GRATIS MEENEMEN". Wauw, dat komt goed uit. Ze vraagt hoeveel ze mee mag nemen. Een handzwaai maakt haar duidelijk dat ze de fietstassen en de korf mag volstouwen, zoveel ze bergen kan. Na Pasen zijn ze toch uitgebloeid en klanten komen er nu niet meer.
Het hele verhaal is gepubliceerd in het boek "Beleef de dag"