Column door: Jan Gutman
In het bestuursakkoord wordt door de coalitie met niet al te veel woorden beschreven op welke wijze ze de komende jaren wil gaan besturen. Al van de eerste pagina spatten de geijkte bestuur termen van het blad af. Verbinden, vertrouwen, vernieuwen en de mens centraal. Allemaal oude wijn in oude zakken.
Maar de invloed van GroenLinks is goed te merken. Nieuwe termen worden aan het jargon toegevoegd. Trias Energetica is zo’n term. En meteen dan ook maar gebombardeerd tot een leidend principe. Jammer dat bij het hoofdstuk mobiliteit van het bestuursakkoord duidelijk wordt verwoord dat de coalitie de mensen uit de auto wil krijgen. In het geheel niet volgens Trias Energetica. Volgens dit principe zijn auto’s, zolang ze maar recyclebaar, lichtgewicht , elektrisch of in het uiterste geval hybride zijn, van harte welkom. Al lezend kwam ik nog een term tegen die mij ernstig opviel. Te pas en te onpas lees je de kreet ”de menselijke maat”. De term wordt zelfs zo sterk gemaakt dat “de menselijke maat leidend is voor de wijze waarop de coalitie wil communiceren en handelen”, aldus het bestuursakkoord.
Waar komt die term toch vandaan, “de menselijke maat”. Volgens een artikel in de NRC uit 2006 blijkt dat “onze woordenboeken geen uitsluitsel geven op dit punt. In de voornaamste handwoordenboeken is deze uitdrukking niet opgenomen. Zij ontbreekt in Koenen, Verschueren en Van Dale, en zelfs het Woordenboek der Nederlandsche Taal, het wetenschappelijke woordenboek van het Nederlands, kent deze uitdrukking niet.”
Wellicht is het dan een nieuwe term die pas na 2006 in gebruik is genomen en zich zeer snel heeft gestandaardiseerd. Ook dit lijkt niet steekhoudend te zijn. Volgens hetzelfde artikel wordt de term al heel lang in het Nederlands gebruikt. Zo schreef een zekere Joseph Viegen in 1959 een rapport over de verkeerssituatie in Maastricht, getiteld Maastricht in menselijke maat. En in 1967 schreef B.T. Brus het boek Didaktiek naar menselijke maat, uitgegeven door het Pedagogisch Instituut van de Katholieke Universiteit van Nijmegen.
Als er verder terug in de tijd gegaan wordt, komt men tot de oorsprong van de term “menselijke maat” het Latijnse “homo mensura”. Een van de grondstellingen van de filosoof Protagoras van Abdera (± 490-420 v.Chr.). In zijn totaal luidt de grondstelling "De mens is maat van alle dingen. Van de dingen die zijn wat ze zijn en van de dingen die niet zijn wat ze niet zijn."
Een netelig detail is dat Protagoras een agnosticus was. Iemand die niet in het bestaan van een God gelooft. Zo schreef Protagoras “Aangezien het al dan niet bestaan van Goden niet voor het menselijk verstand toegankelijk is, kunnen zij beter vertrouwen op hun eigen oordeel dat tot stand komt op basis van het zintuiglijk waarneembare.” De menselijke maat.
Terwijl we een bestuursakkoord lezen van de partijen ChristenUnie en het CDA is het niet meer de Bijbel, het evangelie of welk christelijk-sociaal gedachtengoed dan ook waar deze partijen zich door laten leiden, maar een agnostische grondstelling. De vraag is, terwijl de eed nog na echoot door de raadzaal, of het CDA en de CU weten dat de menselijke maat een maat is die uitgaat van het ontbreken van een God en dus haaks op hun geloof staat. En GroenLinks, die normaal gesproken te pas en te onpas Jan en alleman citeert, is zich in dit geval natuurlijk van geen kwaad bewust.