hoogeveen -
In de bodem van het Bentinckspark in Hoogeveen bevindt zich vermoedelijk een pingo(ruïne), die zich in de ijstijd heeft gevormd. Pingo's kunnen interessante vestigingsplekken zijn geweest in de steentijd met mogelijk waardevolle overblijfselen.
In opdracht van de gemeente deed archeologisch bedrijf ARC uit Groningen vanaf april vorig jaar inventariserend veldonderzoek op het Bentinckspark. Daar ging de boor op ruim tweehonderd plekken de grond in. Uit rapportages blijkt dat de bodem onder en ten westen van de hockeyclub de meest interessante archeologische locatie is. Met dus waarschijnlijk een pingo(ruïne).
Een vervolgonderzoek naar sporen uit het verre verleden moet duidelijk maken of er daadwerkelijk sprake is van een pingo(ruïne). Is dat het geval, dan wordt gekeken of de vondst behoudwaardig is of niet.
De Steekproef uit Zuidhorn is vorige week met het vervolgonderzoek begonnen. Dit bureau richt zich ook op aangetroffen bodemzones met podzol. Deze 'uitkomende bodems' op zandgronden, met lichtgrijze en bruine spoelingslagen, kunnen aanwijzingen zijn voor meer waardevolle archeologische resten.
Op het Bentinckspark, zo'n 75 hectare groot, komt het de komende tien jaar tot een ware stoelendans. Sportvelden (en dus -clubs) worden verplaatst. Daarnaast komen er nieuwe gebouwen voor sport en onderwijs. Omdat deze werkzaamheden de bodem flink 'verstoren' is vooraf archeologisch onderzoek vereist.
02-06-2009 dvhn